Vraag en antwoord: De invloed van voeding op de verbranding van de koolhydraten in je voeding

Vandaag een antwoord op de vraag van Wencke: 

• Ik heb begrepen dat de koolhydraten in je voeding enkel verbrand zullen worden in je lijf (in de mitochondriën van je lichaamscellen), wanneer de vertering van koolhydraten in je darmen goed verloopt. Kan ik met mijn voeding ook invloed uitoefenen specifiek op de vertering van koolhydraten in mijn darmen?

De vertering van koolhydraten in je darmen

Koolhydraten (dit zijn molecuul verbindingen) zullen niet verteerd (zullen niet enzymatisch gesplitst tot kleinere delen) worden in je darmen na inname van koolhydraat bevattende voeding, wanneer de verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen (stoffen met zuurtegraad verhogende en belastende eigenschappen) in en door je darmwandcellen niet goed verloopt.

Wanneer je darmwandcellen nog teveel afvalstoffen (nog teveel stoffen met zuurtegraad verhogende en belastende eigenschappen) bezitten, dan zal de optimale zuurtegraad die stofwisselingsenzymen nodig hebben om goed te kunnen werken ontbreken in je darmwandcellen, kunnen nieuwe hormoon gestuurde enzymatische stofwisselingsprocessen zoals de vorming en uitscheiding van borstelzoom enzymen (de vorming en uitscheiding van spijsverteringsenzymen die de laatste stap van de koolhydraat vertering in het absorptie deel van je darmen mogelijk maken) m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes met een biologisch lipidenmembraan dat kan versmelten met het celmembraan) en transport eiwitten (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals borstelzoom enzymen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) niet goed uitgevoerd worden in en door je darmwandcellen, zullen er geen borstelzoom enzymen (geen spijsverteringsenzymen die de laatste stap van de koolhydraat vertering in het absorptie deel van je darmen mogelijk maken) aanwezig zijn tussen de fosfolipiden (membraan vetten) van de darmwandcellen in het absorptie deel van je darmen, zal de laatste stap van de koolhydraat vertering niet plaatsvinden in het absorptie deel van je darmen, zullen koolhydraten microbieel (anaeroob) afgebroken (gefermenteerd) worden door de micro organismen in je darmen, zullen de koolhydraten in je voeding niet vanuit je darmen in je lijf opgenomen worden en zullen de koolhydraten in je voeding niet verbrand worden in de mitochondriën van je lichaamscellen namelijk.

Dit betekent dat de koolhydraten (dit zijn molecuul verbindingen) in je voeding enkel verteerd (enkel enzymatisch gesplitst tot kleinere delen) zullen worden in je darmen (en dat de koolhydraten in je voeding ook enkel verbrand zullen worden in de mitochondriën van je lichaamscellen), wanneer de verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen (stoffen met zuurtegraad verhogende eigenschappen) in en door je darmwandcellen goed verloopt

De verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen (stoffen met zuurtegraad verhogende en belastende eigenschappen)

In alle cellen van je lijf (waaronder je darmwandcellen) worden voortdurend stofwisselingsprocessen (dit betreffen hormoon gestuurde enzymatische processen) uitgevoerd.

Deze kan je onderverdelen in twee soorten processen:

• Katabole (afbrekende) stofwisselingsprocessen.
• Anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen.

Gedurende de uitvoering van katabole stofwisselingsprocessen in en door je darmwandcellen worden grote voedingsstof moleculen (zowel water oplosbare als vet oplosbare varianten) opgenomen in je darmwandcellen en afgebroken tot kleinere delen in de lysosomen (afbraak en afval blaasjes met een biologisch lipidenmembraan) van je darmwandcellen, worden afbraak producten en afvalstoffen met zuurtegraad verhogende en belastende eigenschappen (zowel water oplosbare, vet oplosbare als ook gasvormige varianten) gevormd en zal de optimale zuurtegraad die stofwisselingsenzymen nodig hebben om goed te kunnen werken verloren gaan in je darmwandcellen.

Nieuwe stofwisselingsprocessen (nieuwe hormoon gestuurde enzymatische processen) zoals de vorming en uitscheiding van borstelzoom enzymen (de vorming en uitscheiding van spijsverteringsenzymen die de laatste stap van de koolhydraat vertering in het absorptie deel van je darmen mogelijk maken) m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes met een biologisch lipidenmembraan dat kan versmelten met het celmembraan) en transport eiwitten (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals borstelzoom enzymen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) kunnen pas uitgevoerd worden in en door je darmwandcellen  wanneer de afbraak producten en afvalstoffen met zuurtegraad verhogende en belastende eigenschappen (zowel de water oplosbare, de vet oplosbare als ook de gasvormige varianten) in de lysosomen (afbraak en afval blaasjes met een biologisch lipidenmembraan) van je darmwandcellen verdund, geneutraliseerd en uitgescheiden zijn m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes met een biologisch lipidenmembraan dat kan versmelten met andere biologische lipidenmembranen) met ionen pompen (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van elektrolyten met neutraliserende eigenschappen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) en transport eiwitten (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals geneutraliseerde afvalstoffen en afbraak producten doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) en de optimale zuurtegraad die stofwisselingsenzymen nodig hebben om goed te kunnen werken in je darmwandcellen hersteld is.

Zowel de verdunning, neutralisatie  en uitscheiding van de afbraak producten en afvalstoffen met zuurtegraad verhogende en belastende eigenschappen (zowel de water oplosbare, de vet oplosbare als ook de gasvormige varianten) in de lysosomen (afbraak en afvalblaasjes met een biologisch lipidenmembraan) van je darmwandcellen m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes met een biologisch lipidenmembraan dat kan versmelten met andere biologische lipidenmembranen) met ionen pompen (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van elektrolyten met neutraliserende eigenschappen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) en transport eiwitten (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals geneutraliseerde afvalstoffen en afbraak producten doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) in en door je darmwandcellen als ook de vorming en uitscheiding van borstelzoom enzymen (de vorming en uitscheiding van spijsverteringsenzymen die de laatste stap van de koolhydraat vertering in het absorptie deel van je darmen mogelijk maken) m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes met een biologisch lipidenmembraan dat kan versmelten met het celmembraan) en transport eiwitten (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals borstelzoom enzymen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) in en door je darmwandcellen betreffen anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen.

Dit betekent dat de koolhydraten (dit zijn molecuul verbindingen) in je voeding enkel verteerd (enkel enzymatisch gesplitst tot kleinere delen) zullen worden in je darmen (en dat de koolhydraten in je voeding ook enkel verbrand zullen worden in de mitochondriën van je lichaamscellen), wanneer de uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen in en door je darmwandcellen goed verloopt.

De uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen

Anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen zoals de vorming en uitscheiding van borstelzoom enzymen (de vorming en uitscheiding van spijsverteringsenzymen die de laatste stap van de koolhydraat vertering in het absorptie deel van je darmen mogelijk maken) m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes met een biologisch lipidenmembraan dat kan versmelten met het celmembraan) en transport eiwitten (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals borstelzoom enzymen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) kunnen enkel uitgevoerd worden in en door je darmwandcellen wanneer je darmwandcellen kunnen beschikken over voldoende vocht en voldoende bouwstoffen.

Hierover kunnen je darmwandcellen echter niet beschikken wanneer er tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (dit zijn bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) heersen in je lijf.

Wanneer er tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) heersen in je lijf, dan kunnen de hormonen die je bloedwaardes reguleren en ook de gelijkmatige verdeling van vocht en voedingsstoffen (waaronder plasma eiwitten) over je weefsels en cellen (waaronder je darmwandcellen) reguleren niet goed werken en kunnen er uitsluitend katabole (afbrekende) stofwisselingsprocessen zoals de afbraak van membraan eiwitten in en door je darmwandcellen uitgevoerd worden o.i.v. stresshormonen (hormonen met uitsluitend katabole (afbrekende) eigenschappen) en geen anabole (opbouwende en herstellende) zoals de vorming van nieuwe ionen pompen (de vorming van nieuwe membraan eiwitten die het actief uitscheiden van elektrolyten met neutraliserende eigenschappen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) en de vorming van nieuwe transport eiwitten (de vorming van nieuwe membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals geneutraliseerde afbraak producten en afvalstoffen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken en ook het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals borstelzoom enzymen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) namelijk.

Dit betekent dat de koolhydraten (dit zijn molecuul verbindingen) in je voeding enkel verteerd (enkel enzymatisch gesplitst tot kleinere delen) zullen worden in je darmen (en dat de koolhydraten in je voeding ook enkel verbrand zullen worden in de mitochondriën van je lichaamscellen), wanneer je voeding (hetgeen je eet en drinkt) goed bijdraagt aan het oplossen van tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (dit zijn bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf.

Het oplossen van tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (dit zijn bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf

Het oplossen van tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf kan je enkel bereiken wanneer je voeding (liefst op elk moment dat je iets eet) zo optimaal mogelijk gaat voorzien in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) en zo min mogelijk in niet-essentiële stoffen.

Gedurende de verwerking van niet-essentiële stoffen in je spijsverteringskanaal raakt je lichaam (raken je lichaamsweefsels en lichaamscellen, waaronder je darmwandcellen) uitgeput van vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) waaronder essentiële aminozuren waaruit nieuwe ionen pompen (nieuwe membraan eiwitten die het actief uitscheiden van elektrolyten met neutraliserende eigenschappen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) en nieuwe transport eiwitten (nieuwe membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals geneutraliseerde afbraak producten en afvalstoffen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken en ook het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals borstelzoom enzymen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken)) gevormd moeten worden namelijk.

Essentiële voedingsstoffen betreffen de volgende voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen):

• Alle vitamines (zowel water oplosbare als vet oplosbare varianten).
• Zes specifieke mineralen (calcium, magnesium, fosfor, kalium, natrium en chloor).
• Negen specifieke spoorelementen (ijzer, jodium, koper, zink, selenium, mangaan, molybdeen, chroom en fluoride).
• Negen specifieke aminozuren (histidine, lysine, tryptofaan, fenylalanine, leucine, isoleucine, methionine, valine en threonine).
• Twee specifieke vetzuren (linolzuur en alfalinoleenzuur).

Voedingsmiddelen die bovengenoemde voedingsstoffen volop bezitten betreffen:

• Verse groenten.
• Vers fruit.
• Ei, mager vlees, magere vis en magere, naturel (aangezuurde) dierlijke zuivel of soja producten (in zo min mogelijk bewerkte en niet te sterk verhitte/ongebrande vorm).
• Noten, zaden, pitten, algen, wieren en vette vis (in zo min mogelijk bewerkte en rauwe/onverhitte vorm).

Niet-essentiële stoffen betreffen de volgende voedingsstoffen:

• Enkelvoudige suikers (zoals glucose, fructose en galactose).
• Alle overige aminozuren (die hierboven niet genoemd worden).
• Alle overige vetzuren (die hierboven niet genoemd worden).
• Cholesterol.
• Alle overige mineralen en spoorelementen (die hierboven niet genoemd worden).
• Voedingsstoffen die een sterk bewerkingsproces of sterk verbrandingsproces hebben ondergaan (en daardoor hun oorspronkelijke structuur hebben verloren en niet meer als bouwstof/herstelstof kunnen dienen).
• Voedingsstoffen die niet verteerbaar zijn.
• Alcohol.

Dit betekent dat de koolhydraten (dit zijn molecuul verbindingen) in je voeding enkel verteerd (enkel enzymatisch gesplitst tot kleinere delen) zullen worden in je darmen (en dat de koolhydraten in je voeding ook enkel verbrand zullen worden in de mitochondriën van je lichaamscellen), wanneer je voeding (liefst op elk moment dat je iets eet) zo optimaal mogelijk gaat voorzien in vocht en bovengenoemde essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) en zo min mogelijk in bovengenoemde niet-essentiële stoffen.

Conclusie:

• Ja, maar enkel wanneer je voeding voortdurend bij gaat dragen aan het oplossen van tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf. Zolang en wanneer er tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) heersen in je lijf, dan kunnen de hormonen die je bloedwaardes reguleren en de gelijkmatige verdeling van vocht en voedingsstoffen (waaronder plasma eiwitten) over je weefsels en cellen (waaronder je darmwandcellen) reguleren niet goed werken, kunnen je darmwandcellen niet beschikken over voldoende vocht en bouwstoffen, zijn je darmwandcellen niet in staat om anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen uit te voeren na katabole (afbrekende) stofwisselingsprocessen, kunnen de afbraak producten en afvalstoffen met zuurtegraad verhogende en belastende eigenschappen (zowel de water oplosbare, de vet oplosbare als ook de gasvormige varianten) in de lysosomen (afbraak en afval blaasjes met een biologisch lipidenmembraan) van je darmwandcellen niet goed verdund, geneutraliseerd en uitgescheiden worden m.b.v. ionen pompen (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van elektrolyten met neutraliserende eigenschappen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) en transport eiwitten (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals geneutraliseerde afvalstoffen en afbraak producten doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken), zal de optimale zuurtegraad die stofwisselingsenzymen nodig hebben om goed te kunnen werken ontbreken in je darmwandcellen, kunnen nieuwe hormoon gestuurde enzymatische stofwisselingsprocessen zoals de vorming en uitscheiding van borstelzoom enzymen (de vorming en uitscheiding van spijsverteringsenzymen die de laatste stap van de koolhydraat vertering in het absorptie deel van je darmen mogelijk maken) m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes met een biologisch lipidenmembraan dat kan versmelten met het celmembraan) en transport eiwitten (membraan eiwitten die het actief uitscheiden van molecuul verbindingen zoals borstelzoom enzymen doorheen biologische lipidenmembranen mogelijk maken) niet goed uitgevoerd worden in en door je darmwandcellen, zullen er geen borstelzoom enzymen (geen spijsverteringsenzymen die de laatste stap van de koolhydraat vertering in het absorptie deel van je darmen mogelijk maken) aanwezig zijn tussen de fosfolipiden (membraan vetten) van de darmwandcellen in het absorptie deel van je darmen, zal de laatste stap van de koolhydraat vertering niet plaatsvinden in het absorptie deel van je darmen, zullen koolhydraten microbieel (anaeroob) afgebroken (gefermenteerd) worden door de micro organismen in je darmen, zullen de koolhydraten in je voeding niet vanuit je darmen in je lijf opgenomen worden en zullen de koolhydraten in je voeding niet verbrand worden in de mitochondriën van je lichaamscellen namelijk.