Hartpreventie

Hartpreventie

Eergisteren ben ik begonnen met een reeks van mails over hartpreventie:

• Het met behulp van je voeding zoveel mogelijk trachten te voorkomen dat je hart schade oploopt.

• Het met behulp van je voeding zoveel mogelijk trachten te voorkomen dat je hart overbelast wordt.

Vandaag gaan we het (als laatste in de reeks) hebben over:

• De bijdrage welke vetten kunnen leveren ter preventie van hartfalen.

Lees je mee?

Hartfalen

Je hart is een spier:

• Een zeer belangrijke spier.

Deze spier moet de hele dag:

• Het zuurstof in je bloedbaan door je lijf pompen.
• De voedingsstoffen in je bloedbaan door je lijf pompen.

Faalt je hart hierin, dan:

• Kunnen je weefsels niet over zuurstof beschikken.
• Kunnen je weefsels niet over voedingsstoffen beschikken.
• Zullen je weefsels beschadigd raken.
• Zullen je weefsels afsterven.

Conclusie:

• Het is van levensbelang om je hart in een goede conditie te houden en het falen van je hart waar mogelijk te voorkomen.

Vetten en zout

Je voeding bestaat uit:

• Koolhydraten.
• Eiwitten.
• Vetten.
• Vitamines.
• Mineralen (waaronder natrium).

Wat leren we wat we moeten doen ter preventie van hart- en vaatziekten?

• Dat we de vaste (dierlijke) vetten in onze voeding moeten beperken.
• Dat we het toevoegen van natrium-houdend geraffineerd zout moeten beperken.

Is dit echter het enige wat je kan doen ter preventie van hart- en vaatziekten?

• Nee.

Voedingsstoffen-transport

Dagelijks worden voedingsstoffen (met behulp van je hart) getransporteerd doorheen heel je lijf:

• Voedingsstoffen worden met behulp van je hart door je bloedbaan gepompt.
  

De wand van je bloedbaan bestaat uit:

• Vetten.

Wanneer wordt het voor je hart erg zwaar om voedingsstoffen rond te pompen en wordt het voor je hart erg zwaar goed bij te dragen aan het transport van voedingsstoffen doorheen heel je lijf?

• Wanneer de vloeibare, flexibele onverzadigde vetzuren in je vaatwanden beschadigd raken en niet tijdig hersteld worden.
• Wanneer de vloeibare, onverzadigde vetzuren in je vaatwanden worden vervangen door vaste, stugge verzadigde vetzuren.

Conclusie:

• Om je hart in een goede conditie te kunnen houden is het van belang dat het herstel van beschadigde onverzadigde vetzuren in je vaatwanden tijdig mogelijk gemaakt wordt.

• Om je hart in een goede conditie te kunnen houden is het van belang dat de vervanging van onverzadigde vetzuren door verzadigde vetzuren in je vaatwanden zoveel mogelijk voorkomen wordt.

Essentiële vetzuren

Je lever produceert dagelijks op eigen houtje nieuwe vetten en nieuw cholesterol.

Deze (door de lever geproduceerde) vetten en cholesterol worden verpakt in lipo-proteïnes en circuleren door je lijf met als doel:

• Het mogelijk maken van een tijdig herstel van beschadigde vetten in je lijf.

Met behulp van de vetten in deze lipo-proteïnes moeten dus ook beschadigde vetzuren in je vaatwanden hersteld worden.

Je lever kan echter niet alle vetzuren zelf vormen:

• Je lever vormt op eigen houtje vooral harde, stugge vetzuren.

Om vloeibare, flexibele vetzuren te kunnen vormen heeft je lever de essentiële vetzuren uit je voeding nodig.

Welke vetzuren zijn essentieel?

• Omega-3 vetzuren.
• Omega-6 vetzuren.

Conclusie:

• Om beschadigde vetzuren in je vaatwanden tijdig te kunnen herstellen moet je lever regelmatig over essentiële vetzuren kunnen beschikken.

• Om te voorkomen dat beschadigde flexibele vetzuren in je vaatwanden worden vervangen door harde, stugge vetzuren moet je lever regelmatig over essentiële vetzuren kunnen beschikken.

• Om je hart in een goede conditie te kunnen houden moet je lever regelmatig over essentiële vetzuren kunnen beschikken.

Voeding

In welke voeding kan je de essentiële vetzuren vinden?

• Rauwe, verse vette vis.
• Rauwe noten, zaden en pitten.
• Koud geperste oliën van noten, zaden en pitten.
• Verse groene bladgroenten, algen en wieren.

Deze voeding moet zo min mogelijk worden blootgesteld aan:

• Lucht.
• Licht.
• Hoge temperaturen.
• Chemicaliën.

De onverzadigde vetzuren in deze voeding zullen na blootstelling hieraan namelijk oxideren.

Wanneer onverzadigde, flexibele, vloeibare vetzuren oxideren, dan:

• Zijn ze niet meer flexibel.
• Zijn ze niet meer vloeibaar.
• Kunnen ze je vaatwanden niet goed helpen herstellen en flexibel houden.
• Kunnen ze zelfs extra schade aan je vaatwanden aanrichten.

Conclusie: