Ach, daar ga je echt niet dood aan hoor!
Iets wegschuiven als onschuldig.
Dat kunnen we allemaal als de beste.
Wanneer WIJ iets leuk vinden en wanneer WIJ vinden dat iets moet kunnen, dan moet het maar oké zijn en moet het ook maar gewoon kunnen, ook al kan het eigenlijk niet.
Waar we het echter ZELF niet mee eens zijn en wat ons aan het hart gaat en wij ZELF toch echt NIET vinden kunnen, nee, dat kan toch echt niet, zelfs wanneer datgene, wanneer je erover nadenkt, dus hetgeen we niet vinden kunnen, uiteindelijk niet zozeer iets anders betreft dan hetgeen we op een ander moment ZELF juist WEL vinden kunnen.
Maar ja, DAN vinden we het ZELF dus DAN klopt het (voor onszelf)!
Voorbeeld:
Je bent een moeder met een kindje van zo ongeveer een jaar, tevens een kindje van 4.5 jaar en bent zelf net de 30 gepasseerd.
Je kleinste is nog maar NET begonnen met fruithapjes.
Zelf gemalen VERS en BIOLOGISCH fruit.
DAAR ben je mee begonnen als “eerste stap in de bijvoeding”.
Dit eet je kleinste nu als enige nog maar van de “grote mensen voeding”.
Heel minimaal en voorzichtig dus nog en heel puur en eerlijk.
DAT vind je namelijk allemaal ERG belangrijk.
Iets anders dan dat aan je kindje geven, vind je op die leeftijd nog ECHT niet kunnen en zul je dan ook niet snel doen.
Wanneer dat punt eenmaal WEL zou komen en je de voeding van je kleinste zou gaan uitbreiden naar meer “grote mensen voeding”, zou jij die uitbreiding en die voeding toch ECHT zelf willen bepalen.
Je zou zelf willen bepalen hoe en wat die uitbreiding dan zou betreffen.
Dan zou dat uiteraard alsnog wel iets voedzaams betreffen die nieuwe stap en nieuwe uitbreiding en toevoeging in “grote mensen voeding”, want je kleine kindje die geef je toch (nog) niks ongezonds!?
Het menselijk lijf, vooral zo’n klein teer lijfje, daar horen toch enkel voedingsstoffen in, daar hoort toch niks anders in!
Je moet er niet aan denken dat je kindje iets anders dan mooie vitamientjes en mineralen binnen zou krijgen.
Veel te bang dat er dan iets naars zou kunnen gebeuren met dat lieve, onschuldige hummeltje!
Bij je kindje ben je dan ook heel bewust van hetgeen wel en niet in een menselijk lijf(je) hoort en waar het lichaam(pje) wel en niet tegen bestand is en meer of minder goed mee om kan gaan en nodig heeft en dus ben je ook zeer bewust van hetgeen het lijfje en de organen in dit lijfje zou kunnen belasten en beschadigen.
Jij (deze mama) bent jarig geweest.
Je eigen oude omaatje, welke de 80 is gepasseerd, een SCHAT van een mensje, komt langs in de week na je verjaardag op een dag dat het niet te druk is voor haar, ze kan namelijk niet zo goed meer tegen volle kamers met allerlei drukke geluiden en prikkels.
Je hebt gebak in huis gehaald, want dat hoort erbij (nee, voedingsstoffen in het tere lijf van een oud omaatje zijn NIET MEER belangrijk)!
Je moet en wil ten tijde van haar bezoek eigenlijk nog even weg.
Je twijfelt of je oma even met de baby achter kan en zal laten: is dat vertrouwd?
Ze is namelijk een beetje warrig af en toe.
Ach welja, denk je “ik ben maar 5 minuten weg, naar de winkel om de hoek”.
Oma kan echt wel 5 minuten alleen gelaten worden met je baby toch?!
Je besluit oma het fruithapje, welke je al voor je baby hebt klaargemaakt, voor te zetten met een plastic, zacht lepeltje, zodat daar eigenlijk niks vreemds of schadelijks mee kan gebeuren of “fout” aan kan gaan.
Je besluit tevens je baby in een hele stevige houding bij oma te plaatsen, zodat ook in dat opzicht weinig “mis” kan gaan en oma het fruithapje te geven, zodat ze die in de tussentijd (wanneer jij EVEN naar de winkel bent, je kindje kan voeren.
Je weet namelijk dat oma dat leuk vindt EN je kindje is ook altijd het meest rustig en blij wanneer het diens fruithapje krijgt en dat is dus een ideale combinatie en activiteit, zo gok je, om oma in de tussentijd te laten doen, zodat ook zij niet in paniek kan raken wanneer je kindje zou gaan huilen net in die 5 minuten dat jij EVEN weg bent.
Na zo’n 5 minuten kom je terug en wat zie je?
POTVERDORIE oma..wat doe je nou!!!!
Je ziet dat oma met haar eigen zilveren/roestvrij stalen lepeltje een klein beetje slagroom van haar eigen gebakje JOUW kindje wil gaan voeren!
BEN JE BESODEMIETERD!
Snel ren je naar oma en grist het nog net op tijd uit haar hand.
Flink kwaad ben je (even) op haar en in je achterhoofd weet je al wel “die komt hier niet snel weer en laat ik al helemaal niet snel meer alleen met MIJN kindje: wat denkt ze wel!”
Oma kijkt beteuterd en schrikt van JOUW woedende houding en reactie opeens.
Totaal van geen kwaad bewust.
Die slagroom kan zo’n kindje zich toch niet in verslikken en is net zo zacht als het fruithapje: “Daar gaat ze toch niet dood aan!” beredeneert oma..
Je vindt haar redenatie echt te belachelijk voor woorden: dat doe je toch niet!
Slagroom boordevol suiker zonder voedingsstoffen aan zo’n babytje geven welke enkel nog maar fruit gewend is!
Hoe haalt ze het in haar hoofd!
’s Middags (dit gebeuren met oma is inmiddels al weer een paar uur verstreken en gelukkig is je woede gedaald en oma naar huis en heb je zelf weer de controle over je kindje) komt je oudste dochter thuis met een klasgenootje uit school.
Dit klasgenootje komt om te spelen.
Dit wist je van te voren.
De moeder van dit klasgenootje heeft je namelijk opgebeld.
Ze belde je (want ze begreep van haar eigen dochter dat ze zo graag een keer bij jouw dochter wilde spelen) en daarover wilde ze je persoonlijk even spreken.
Zij wil haar dochter namelijk (zo vertelde ze aan de telefoon) opvoeden met het wennen aan zo min mogelijk onnodig en kunstmatig zoet in haar voeding (buiten het natuurlijke zoet uit onbewerkt fruit om) en dat lukt haar thuis erg goed.
ZE wilde je dan ook vragen of je (wanneer haar dochter komt spelen), wat ze uiteraard toe wil laten, niet DAN opeens wil blootstellen aan allerlei onnodige suikers en dan het liefst ook gewoon die middag wat water en/of fruit te geven in die paar uur dat ze maar bij jou thuis zal zijn.
Ze informeerde dus of je dat voor haar wilde doen.
Dit vind jij echter te BELACHELIJK voor woorden!
Zo’n kind van 4, bijna 5, helemaal geen suiker buiten fruit om: dat is toch nergens voor nodig?! (zo beredeneer jij)
DAT kan toch geen kwaad denk JIJ en vind JIJ (totaal niet beredenerend en bedenkend dat bewerkte suikers in het lijf van een kind van 4-5 toch NET ZO GOED als in het lijf van een kindje van 1 belastend is voor diens organen en er niet in hoeft en hoort).
“Daar gaat ze echt niet dood aan hoor!” (denk jij nu op je beurt)
Je geeft haar (net als je eigen dochter) die middag dan ook gewoon een glas ranja bij het nog over gebleven stukje taart welke je nog hebt van die ochtend toen oma er was voor je verjaardag en waarvan je natuurlijk meteen meer dan 1 puntje had gehaald (ook al kwam oma alleen en verwachte je verder geen verjaardagsvisite meer).
Eind van die middag belt de moeder van het meisje je behoorlijk kwaad op.
Wat jij (mama) wel niet dacht!
Hoe had je het in je hoofd gehaald HAAR kind die “troep” die middag te geven en dan ook nog eens terwijl ze dit zo specifiek had benoemd en gevraagd juist NIET te doen!
Eigenlijk een zelfde soort woede als jij die ochtend zelf naar oma toe had gevoeld toen oma zelf naar haar eigen denkwijze ging handelen.
Jij vond TOEN je eigen woede logisch en terecht, maar nu vind je de woede van die andere moeder TOTAAL overdreven!
“Daar gaat ze echt niet dood aan hoor, die ene keer” hoor je jezelf zeggen tegen haar, waar je die uitspraak toch ECHT die ochtend uit de mond van je oma NIET wilde horen!
Kennelijk is dit voorbeeld dus in jouw ogen TOTAAL anders; maar is dit zo anders?!
’s Avonds ben je zelf helemaal op.
Je man komt thuis en je vertelt hem over je gekke dag en alle strijd welke die dag is gestreden om suiker en voeding.
Zelf nemen jullie op het moment je je man over je dag vertelt (want pffff, het was me het dagje wel hoor!) een koekje bij de koffie of vooruit, twee dit keer, en later nog een glaasje wijn als afzakkertje.
Ja, dat mag een keertje op een doordeweekse dag van jezelf, na ZO’N dag.
Ook steek je een sigaret aan en kan je het niet laten (wanneer je de koffiekopjes weg zet in de keuken) dan ook nog even in de snoeppot te graaien voor jullie je bed in duiken.
DAN (op dat moment) denk jij dus OOK (t.o.v. je eigen lijf dit keer) “daar ga je echt niet dood aan hoor” en is ook DAT kennelijk voor jou nu EVEN reden genoeg om dit dan zomaar allemaal te eten en drinken en doen, terwijl je dat EERDER toch absoluut niet vond kunnen: schadelijke stoffen in een menselijk lijf stoppen! (Toen het je kindje betrof).
Bij jezelf denk je er echter waarschijnlijk TOTAAL niet op DIE MANIER over na.
Met betrekking tot jezelf bedenk je TOTAAL NIET dat in JOUW LIJF belastende stoffen net zo goed NIET horen en die stoffen in jouw lijf net zo goed ook WEL waardevolle organen uitputten en beschadigen.
Wat maakt het voor JOUW lijf wel oké, wanneer het voor het lijf van een ander, zoals het lijfje van je kindje NIET oké is?
Herken jij dit “met twee maten meten”?
Welke stoffen vind jij voor jezelf “oké” om zomaar in je lijf te accepteren, zelfs al vormen dit belastende stoffen voor je lijf?
Wat maakt dit “oké” voor jou; welke redenatie ligt hier bij jou aan ten grondslag?
Waarom is dit voor “jouw lijf” wel “oké” en voor een kleinere uitvoering van dat lijf (dus voor het lijf van een baby) niet oké?
Wat zeg je hierover tegen jezelf dat dat belastende gedrag en die belastende stoffen in JOUW lijf opeens WEL “oké” maakt?
Add comment