Waarom menigeen die vele kilo’s gewicht heeft verloren opeens een heel andere smaak verkrijgt

Vandaag een antwoord op de vraag van Gerard:

• Zout en vetrijke voeding, daar kon je me vroeger voor wakker maken. Verzot was ik op dat soort voeding. Nu ik echter heel wat kilo’s af ben gevallen in de afgelopen maanden merk ik dat mijn smaak voorkeur is veranderd. Dermate veranderd dat zout en vetrijke voeding me tegen begint te staan en mijn voorkeur absoluut niet meer heeft. Hoe kan dit?

De beleving van smaak

Je smaak (je beleving van een smaak) zal veranderen wanneer de informatie verwerking in je lijf is veranderd (verbeterd of verslechterd) t.o.v. eerder.

Dit zal aan de orde zijn wanneer de voedingstoestand is veranderd t.o.v. eerder.

Gevolg (wanneer de voedingstoestand in je lijf is veranderd t.o.v. eerder):

• Je lichaam zal meer of juist minder moeite hebben je ideale bloedsamenstelling op pijl te houden t.o.v. eerder.
• Je lichaam zal meer of juist minder moeite hebben vocht en voedingsstoffen vanuit je bloedbaan over je weefsels, waaronder je hersenweefsel, te verdelen t.o.v. eerder.
• De verwerking van informatie in je hersenen (waaronder informatie over de smaakstoffen welke op je tong belanden) zal beter of juist minder goed verlopen t.o.v. eerder.
• Je smaakbeleving zal veranderen.
• Smaken welke eerder je voorkeur hadden kunnen je gaan tegenstaan.
• Smaken welke eerder je voorkeur niet hadden kunnen opeens tot je voorkeuren gaan behoren.

Dit betekent dat wanneer je (net als Gerard) flink bent afgevallen en sindsdien een heel andere smaak hebt verkregen t.o.v. eerder, je huidige eetpatroon van grote invloed is geweest op de voedingstoestand in je lijf.

Dit betekent tevens dat wanneer ook jij flink bent afgevallen en jouw smaak sindsdien niet is veranderd t.o.v. eerder, jouw huidige eetpatroon nauwelijks iets heeft veranderd aan de voedingstoestand in jouw lijf.

De voedingstoestand in je lijf

De voedingstoestand in je lijf zal verslechteren wanneer er regelmatig tekorten in zogenaamde essentiële stoffen en overschotten in niet-essentiële stoffen heersen in je lijf (als gevolg daarvan).

Dit is aan de orde wanneer je eetpatroon tekorten vertoont (en daardoor ook veroorzaakt) in vocht, verschillende soorten (oplosbare en onoplosbare) voedingsvezels en zogenaamde essentiële voedingsstoffen (voedingsstoffen welke je lichaam niet zelf kan vormen, maar wel voortdurend nodig heeft om een ideale bloedsamenstelling te kunnen behouden) en overschotten veroorzaakt in niet-essentiële voedingsstoffen (voedingsstoffen welke je lijf zelf kan vormen).

Dit is echter ook aan de orde (een verslechtering van de voedingstoestand in je lijf) wanneer je regelmatig met darmklachten of long- lever- of nierproblemen kampt, slecht slaapt of behoorlijk vaak stress (overmatige hersenactiviteit of spieractiviteit) ervaart.

Verbeteren zal de voedingstoestand in je lijf wanneer deze tekorten en overschotten in je lijf juist worden voorkomen en opgelost.

Dit is aan de orde wanneer je eetpatroon geen tekorten meer vertoont (en daardoor ook niet meer veroorzaakt) in vocht, verschillende soorten (oplosbare en onoplosbare) voedingsvezels en zogenaamde essentiële voedingsstoffen (voedingsstoffen welke je lichaam niet zelf kan vormen, maar wel voortdurend nodig heeft om een ideale bloedsamenstelling te kunnen behouden) en nauwelijks tot geen overschotten meer veroorzaakt in niet-essentiële voedingsstoffen (voedingsstoffen welke je lijf zelf kan vormen).

Dit is ook aan de orde (een verbetering van de voedingstoestand in je lijf) wanneer je darmklachten of long- lever- of nierproblemen zijn afgenomen, weer beter slaapt en minder vaak stress (overmatige hersenactiviteit of spieractiviteit) ervaart.

Essentiële voedingsstoffen betreffen de volgende (met name bouwstof leverende) voedingsstoffen:

• Alle vitamines.
• Alle mineralen.
• Negen specifieke aminozuren (histidine, lysine, tryptofaan, fenylalanine, leucine, isoleucine, methionine, valine en threonine).
• Twee specifieke vetzuren (linolzuur en alfalinoleenzuur).

Voedingsmiddelen welke bovengenoemde voedingsstoffen volop bezitten betreffen:

• Verse groenten.
• Vers fruit.
• Ei, mager vlees, (vette) vis en magere, naturel (aangezuurde) dierlijke of soja zuivel (in zo min mogelijk bewerkte vorm).
• Noten, zaden, pitten, algen en wieren (in zo min mogelijk bewerkte vorm).

Niet-essentiële stoffen betreffen de volgende (met name brandstof leverende) voedingsstoffen:

• Glucose, fructose en galactose.
• Alle overige aminozuren (welke hierboven niet genoemd worden).
• Alle overige vetzuren (welke hierboven niet genoemd worden).
• Voedingsstoffen welke een sterk bewerkingsproces hebben ondergaan.
• Alcohol.

Conclusie en antwoord op de vraag van Gerard:

• Dit komt, omdat gewichtsverlies het gevolg kan zijn van zowel een verbetering als ook een verslechtering van de voedingstoestand in je lijf (met een verandering van je smaak tot gevolg). Wanneer je gewicht verliest m.b.v. een eetpatroon welke de voedingstoestand in je lijf verbetert, dan zal je smaakbeleving veranderen t.o.v. eerder, maar ook wanneer je gewicht verliest m.b.v. een eetpatroon welke de voedingstoestand in je lijf verslechtert, dan zal je smaakbeleving veranderen t.o.v. eerder. Enkel wanneer je gewicht verliest m.b.v. een eetpatroon welke de voedingstoestand in je lijf niet sterk verandert, dan zal ook je smaakbeleving gelijk blijven aan eerder.