Vraag en antwoord: Waarom hetgeen je eet niet vanzelfsprekend voor een afname van eetlust zal zorgen

Vandaag een antwoord op de vraag van Nienke:

• Elke keer nadat ik iets heb gegeten blijf ik honger houden (met zeer regelmatig een eetbui tot gevolg). Hoe kan dit? Hetgeen je eet, mits dit voedzaam is uiteraard, zou toch juist voor een afname van eetlust (voor verzadiging) moeten zorgen, toch?!

Eetlust

Een afname van eetlust (verzadiging) zal je enkel ervaren wanneer de ontvangst en verwerking van informatie over de vulling van je maag en darmen in je hersenen (het verzadigingscentrum van je hersenen) goed verloopt.

Enkel wanneer de verwerking van informatie over de vulling van je maag en darmen in je hersenen (het verzadigingscentrum van je hersenen) goed verloopt, dan kan hetgeen je eet voor een afname van eetlust (voor verzadiging) zorgen namelijk.

De ontvangst en verwerking van informatie over de vulling van je maag en darmen in je hersenen (het verzadigingscentrum van je hersenen) zal enkel goed verlopen wanneer de verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen in en door je hersencellen goed verloopt.

Zolang je hersencellen nog afvalstoffen van eerdere stofwisselingsprocessen bezitten, dan kunnen er nog geen nieuwe stofwisselingsprocessen in je hersencellen plaatsvinden en kan er ook nog geen nieuwe informatie ontvangen en verwerkt worden in en door je hersencellen namelijk.

Dit betekent dat wanneer de verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen in en door je hersencellen niet goed verloopt, de ontvangst en verwerking van nieuwe informatie over de vulling van je maag en darmen in je hersenen (het verzadigingscentrum van je hersenen) niet plaats zal vinden en je geen afname van eetlust (geen verzadiging) zal gaan ervaren nadat je iets hebt gegeten.

De verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen

In alle cellen van je lijf (waaronder je hersencellen) worden voortdurend stofwisselingsprocessen uitgevoerd.

Je kan deze onderverdelen in twee soorten processen:

• Katabole (afbrekende) stofwisselingsprocessen.
• Anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen.

Gedurende de uitvoering van katabole (afbrekende) stofwisselingsprocessen in en door je hersencellen worden afvalstoffen gevormd.

Gedurende de uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen in en door je hersencellen worden de gevormde afvalstoffen verdund, geneutraliseerd en uitgescheiden m.b.v. lysosomen (afbraak en afval blaasjes).

Dit betekent dat wanneer de uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen in en door je hersencellen slecht verloopt, ook de verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen in en door je hersencellen m.b.v. lysosomen (afbraak en afval blaasjes) in en door je hersencellen slecht zal verlopen, de ontvangst en verwerking van nieuwe informatie over de vulling van je maag en darmen in je hersenen (het verzadigingscentrum van je hersenen) niet plaats zal vinden en je geen afname van eetlust (geen verzadiging) zal gaan ervaren nadat je iets hebt gegeten.

De uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen

Anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen (waar de verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen in en door je hersencellen m.b.v. lysosomen (afbraak en afval blaasjes) en de ontvangt en verwerking van informatie over de vulling van je maag en darmen in je hersencellen van afhangt) kunnen enkel uitgevoerd worden in en door je hersencellen wanneer er geen tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (dit zijn bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) heersen in je lijf.

Wanneer er tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) heersen in je lijf, dan zijn je hersencellen niet in staat om afvalstoffen te verdunnen, neutraliseren en uitscheiden m.b.v. lysosomen (afbraak en afval blaasjes) namelijk.

Het oplossen van tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen in je lijf kan je enkel bewerkstelligen wanneer je voeding optimaal voorziet in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen)en niet al teveel voorziet in niet-essentiële stoffen.

De verwerking van niet-essentiële stoffen in je spijsverteringskanaal doet je lijf (doet je lichaamsweefsels en lichaamscellen, waaronder je hersenweefsel en hersencellen) uitputten van vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) namelijk.

Essentiële voedingsstoffen betreffen de volgende voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen):

• Alle vitamines (zowel water oplosbare als vet oplosbare varianten).
• Zes specifieke mineralen (calcium, magnesium, fosfor, kalium, natrium en chloor).
• Negen specifieke spoorelementen (ijzer, jodium, koper, zink, selenium, mangaan, molybdeen, chroom en fluoride).
• Negen specifieke aminozuren (histidine, lysine, tryptofaan, fenylalanine, leucine, isoleucine, methionine, valine en threonine).
• Twee specifieke vetzuren linolzuur en alfalinoleenzuur).

Voedingsmiddelen die bovengenoemde voedingsstoffen volop bezitten betreffen:

• Verse groenten.
• Vers fruit.
• Ei, mager vlees, (vette) vis en magere, naturel (aangezuurde) dierlijke zuivel of soja producten (in zo min mogelijk bewerkte vorm).
• Noten, zaden, pitten, algen en wieren (in zo min mogelijk bewerkte vorm).

Niet-essentiële stoffen betreffen de volgende voedingsstoffen:

• Enkelvoudige suikers (zoals glucose, fructose en galactose).
• Alle overige aminozuren (die hierboven niet genoemd worden).
• Alle overige vetzuren (die hierboven niet genoemd worden).
• Cholesterol.
• Alle overige mineralen en spoorelementen (die hierboven niet worden genoemd).
• Voedingsstoffen die een sterk bewerkingsproces hebben ondergaan (en hun oorspronkelijke structuur hebben verloren).
• Voedingsstoffen die niet verteerbaar zijn.
• Alcohol.

Dit betekent dat wanneer tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf toenemen nadat je iets hebt gegeten, de uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen in en door je hersencellen en de verdunning, neutralisatie en uitscheiding van afvalstoffen in en door je hersencellen m.b.v. lysosomen (afbraak en afvalblaasjes) zal verslechteren, de ontvangst en verwerking van  informatie over de vulling van je maag en darmen in je hersenen (het verzadigingscentrum van je hersenen) niet plaats zal vinden en je geen afname van eetlust (geen verzadiging) zal gaan ervaren nadat je iets hebt gegeten.

Conclusie:

• Dit is niet gegarandeerd. Hetgeen je eet zal enkel voor een afname van eetlust (voor verzadiging) zorgen wanneer hetgeen je eet de tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf helpt oplossen en niet doet uitbreiden namelijk. Enkel wanneer er geen tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) heersen in je lijf, dan kan de ontvangst en verwerking van informatie over de vulling van je maag en darmen in je hersenen (het verzadigingscentrum van je hersenen) goed verlopen namelijk.