Vraag en antwoord: Waarom de consumptie van suiker arme voeding geen lage bloedsuikerspiegel kan garanderen

Vandaag een antwoord op de vraag van Paula:

• Ik kamp met verhoogde bloedsuikerspiegel waardes en had verwacht dat deze wel zouden dalen zodra ik suiker arm zou gaan eten. Mijn bloedsuikerspiegel waardes zijn echter niet gedaald sindsdien. Hoe kan dat?

Je bloedsuikerspiegel

Je bloedsuikerspiegel (het glucose gehalte in je bloedbaan) zal enkel dalen wanneer de hoeveelheid vocht in je bloedbaan niet voortdurend daalt.

Wanneer de hoeveelheid vocht in je bloedbaan daalt en de hoeveelheid glucose in je bloedbaan niet daalt, dan zal het glucose gehalte in je bloedbaan stijgen namelijk.

Dit betekent dat wanneer de hoeveelheid vocht in je bloedbaan voortdurend daalt en de hoeveelheid glucose in je bloedbaan niet daalt, ook je bloedsuikerspiegel niet zal dalen.

De hoeveelheid vocht in je bloedbaan

In alle cellen van je lijf (waaronder je levercellen) worden voortdurend stofwisselingsprocessen uitgevoerd.

Je kan deze onderverdelen in twee soorten processen:

• Katabole (afbrekende) stofwisselingsprocessen.
• Anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen.

Gedurende de uitvoering van katabole (afbrekende) stofwisselingsprocessen in en door je levercellen worden grote water oplosbare voedingsstof moleculen samen met vocht opgenomen in je levercellen en afgebroken tot kleinere delen.

Gedurende de uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen in en door je levercellen worden uit kleinere delen nieuwe grote water oplosbare voedingsstof moleculen (waaronder plasma eiwitten die het vocht gehalte in je bloedbaan op een constant en ideaal niveau helpen houden) gevormd en samen met vocht uitgescheiden in je bloedbaan m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes).

Dit betekent dat wanneer de uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen in en door je levercellen verslechtert, ook de vorming en uitscheiding van plasma eiwitten die het vocht gehalte in je bloedbaan op een constant en ideaal niveau helpen houden samen met vocht m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes ) in en door je levercellen zal verslechteren, het vochtgehalte in je bloedbaan niet op een constant en ideaal niveau gehouden zal kunnen worden en je bloedsuikerspiegel niet zal dalen.

De uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen

Anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen (waar het behoud van een constant en ideaal vocht gehalte in je bloedbaan en een daling je bloedsuikerspiegel van afhangt) kunnen enkel uitgevoerd worden in en door je levercellen wanneer er geen tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (dit zijn bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) heersen in je lijf.

Wanneer er tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) heersen in je lijf, dan zijn je levercellen niet in staat om uit kleinere delen nieuwe grote voedingsstof moleculen (waaronder plasma eiwitten die het vocht gehalte in je bloedbaan op een constant en ideaal niveau helpen houden) te vormen en deze samen met vocht uit te scheiden m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes) namelijk.

Het oplossen van tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen in je lijf kan je enkel bewerkstelligen wanneer je voeding optimaal voorziet in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) en niet al teveel voorziet in niet-essentiële stoffen.

De verwerking van niet-essentiële stoffen in je spijsverteringskanaal doet je lijf (doet je lichaamsweefsels, waaronder je leverweefsel) uitputten van vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) namelijk.

Essentiële voedingsstoffen betreffen de volgende voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen):

• Alle vitamines (zowel water oplosbare als vet oplosbare varianten).
• Zes specifieke mineralen (calcium, magnesium, fosfor, kalium, natrium en chloor).
• Negen specifieke spoorelementen (ijzer, jodium, koper, zink, selenium, mangaan, molybdeen, chroom en fluoride).
• Negen specifieke aminozuren (histidine, lysine, tryptofaan, fenylalanine, leucine, isoleucine, methionine, valine en threonine).
• Twee specifieke vetzuren (linolzuur en alfalinoleenzuur).

Voedingsmiddelen die bovengenoemde voedingsstoffen volop bezitten betreffen:

• Verse groenten.
• Vers fruit.
• Ei, mager vlees, (vette) vis en magere, naturel (aangezuurde) dierlijke zuivel of soja producten (in zo min mogelijk bewerkte vorm).
• Noten, zaden, pitten, algen en wieren (in zo min mogelijk bewerkte vorm).

Niet-essentiële stoffen betreffen de volgende voedingsstoffen:

• Enkelvoudige suikers (zoals glucose, fructose en galactose).
• Alle overige aminozuren (die hierboven niet genoemd worden).
• Alle overige vetzuren (die hierboven niet genoemd worden).
• Cholesterol.
• Alle overige mineralen en spoorelementen (die hierboven niet worden genoemd).
• Voedingsstoffen die een sterk bewerkingsproces hebben ondergaan (en hun oorspronkelijke structuur hebben verloren).
• Voedingsstoffen die niet verteerbaar zijn.
• Alcohol.

Dit betekent dat wanneer tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf toenemen i.p.v. afnemen zodra je suiker arm gaat eten, ook de uitvoering van anabole (opbouwende en herstellende) stofwisselingsprocessen in en door je levercellen en de vorming en uitscheiding van plasma eiwitten die het vocht gehalte in je bloedbaan op een constant en ideaal niveau helpen houden samen met vocht m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes) in en door je levercellen zal verslechteren i.p.v. verbeteren, het vocht gehalte in je bloedbaan niet goed op een constant en ideaal niveau gehouden kan worden en je bloedsuikerspiegel niet zal dalen.

Conclusie:

• Je bloedsuikerspiegel kan niet dalen wanneer de hoeveelheid vocht in je bloedbaan voortdurend daalt. Dit is aan de orde wanneer de vorming en uitscheiding van plasma eiwitten die het vocht gehalte in je bloedbaan op een constant en ideaal niveau helpen houden samen met vocht in en door je levercellen m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes) verslechtert. De vorming en uitscheiding van plasma eiwitten die het vocht gehalte in je bloedbaan op een constant en ideaal niveau helpen houden samen met vocht in en door je levercellen m.b.v. vesikels (transport en secretie blaasjes) zal verslechteren wanneer tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf ontstaan en uitbreiden. Kennelijk zijn er tekorten in vocht en essentiële voedingsstoffen (bouwstoffen/herstelstoffen die je lichaam niet zelf kan vormen) in je lijf ontstaan of uitgebreid sinds je suiker arm bent gaan eten.